In Duitsland zijn de regels voor trefbal net anders dan in Nederland. Omdat Nina ons heeft uitgelegd hoe “Duits trefbal” werkt, noemen wij het nu “Ninabal”. De regels van ninabal zijn heel eenvoudig. Net zoals bij trefbal is het de bedoeling dat je mensen afgooit. Alleen heb je bij ninabal geen teams, het is dus ieder voor zich. Als je wordt afgegooid ga je aan de kant staan en onthoud je wie jou heeft afgegooid. Zodra diegene wordt afgegooid mag jij het veld weer in. Het spel is afgelopen als er nog maar 1 iemand in het veld staat. Afhankelijk van het aantal mensen wordt ninabal op een basketbalveld of een volleybalveld gespeeld. Zodra er nog maar 3 mensen in het veld staan, omdat de rest is afgegooid, wordt het veld verkleind naar een half volleybalveld.
Ninaball, once introduced to the Stretchers by a member called Nina – hence the name, is a variant of dodgeball. The goal of the game is to use the ball to hit other players. Once you hit someone else without the ball bouncing on its way to the other player, that players is ‘out’ and has to leave the field. When your throw is caught (again, without a bounce) you’re the one that’s ‘out’. It is important to remember who made you leave the field, as you can only re-enter after that player himself is ‘out’.